Tegenwoordig is het maar al te goed bekend dat de werkdruk in het onderwijs erg hoog is. Dit kan ervoor zorgen dat onderwijspersoneel hun werk- en privéleven niet meer gescheiden kunnen houden (De Carlo et al., 2019). Zijn er leerkrachten die bewust hun werk- en privéleven zouden willen mengen door les te geven aan hun eigen kinderen? En zijn er leerkrachten die dit doen? We hebben deze vragen in samenwerking met Sisi Chen, leraar en stagiare bij Oberon, gesteld en uitgewerkt voor dit blog.

Lesgeven aan je eigen kind

We hebben allereerst gevraagd of onze deelnemers les zou willen geven aan een klas met daarin hun eigen kind(eren). Als we kijken naar de resultaten zien we dat veel van onze deelnemers dat niet zouden willen doen (figuur 1). Wat opvallend is, is dat naar mate de respondenten ouder worden, ze meer geneigd zijn dit wel te willen. Ook zien we dat hoe ouder een respondent is, hoe vaker hij/zij eens les gegeven heeft aan een klas met daarin zijn/haar eigen kind(eren) (figuur 2).

Een vergelijkbare trend zien we ook in het soort onderwijs waarin de respondenten werken; 19% van de respondenten die in het hoger onderwijs werken, geeft aan aan les te willen geven aan een klas met hun eigen kind(eren) (figuur 3). Dit tegenover de 7% in het speciaal onderwijs en 9% in het primair onderwijs.

Figuur 1
Figuur 2
Figuur 3

Werken op de school van je kind(eren)

Een volgende vraag die gesteld is aan onze deelnemers, is of zij les zouden willen geven op de school waarop hun kind(eren) zitten. In dit geval gaat het dus niet om het lesgeven aan eigen kind(eren).  Logisch is dat de respondenten hierop veel vaker ja hebben geantwoord (figuur 4). Ook gaf een relatief groot deel van de respondenten aan dit al te doen.

Als we kijken naar de leeftijd van de respondenten zien we een soortgelijk patroon als bij de vorige vraag. Hoe ouder onze deelnemers, hoe vaker ze open staan om les te geven op de school van hun eigen kind(eren) en hoe vaker ze dit al doen (figuur 4). Kijkend naar het type onderwijs, zien we dat ook hier weer in verhouding minder mensen in het speciaal en primair onderwijs (open staan om te) werken op de school van hun kind(eren)( figuur 5).

Figuur 4
Figuur 5

Ik heb verstand van onderwijs, dus ik mag me ermee bemoeien

Lesgeven doet iedereen op zijn eigen manier. Ook heeft iedere school een eigen curriculum en eigen methodes die aangehouden worden. Maar wat doe je als jij, als onderwijsprofessional, vindt dat de leerkracht jouw kind(eren) bepaalde leerstof onvoldoende of te laat aanbiedt?

De drie meest gekozen antwoorden op deze vraag  zijn ‘het zelf thuis aanbieden van de leerstof’, ‘het spreken/ in gesprek gaan met de leerkracht over de situatie’ en ‘me er niet mee bemoeien’ (figuur 6). Het type onderwijs waarin de respondenten werkzaam zijn, lijkt geen invloed te hebben op de verdeling van de antwoorden (figuur 7)

Figuur 6
Figuur 7

Samenwerking tussen school en ouders

Uit de literatuur blijkt dat de samenwerking tussen school en ouders een positieve invloed heeft op de schoolse ontwikkeling van kinderen. Het kan ervoor zorgen dat kinderen zich beter ontwikkelen op academisch en sociaal-emotioneel gebied (Menheere & Hooge, 2010; Petri, Kassenberg, & Luinge, 2017). Ouders kunnen op verschillende manieren betrokken zijn bij de school. Ten eerste, bereiden ouders hun kinderen voor, begeleiden ze hen en voeden ze hen op, waardoor de kinderen in het schoolse leren worden ondersteund. Hiernaast zijn ouders betrokken door communicatie tussen de school en ouders. Verder kunnen ouders vrijwilligerswerk verrichten in en om de school en kunnen ze hun kinderen helpen bij hun huiswerk. Ook kunnen ouders participeren in besluitvorming door deel te nemen aan de medezeggenschapsraad, ouderraad, het schoolbestuur, of een andere commissie. Tot slot kan de samenwerking breder getrokken worden naar de gemeenschap waarvan de school en ouders deel uitmaken (Menheere & Hooge, 2010).

We hebben onze deelnemers gevraagd aan welke vormen van samenwerking tussen ouders en school de meeste aandacht wordt besteed op de school waar ze werkzaam zijn. We zien dat 92-94% in het primair onderwijs aangeeft dat de er aandacht geschonken wordt aan de communicatie tussen school en ouders. Hiernaast geeft 71-79% aan dat ouders betrokken worden in de besluitvorming. We zien dat dat in de bovenbouw meer is dan in de onderbouw van het basisonderwijs. Verder is duidelijk te zien dat er minder aandacht besteed wordt aan het thuisonderwijs (figuur 8). Tot slot is uit de resultaten op te maken dat de vorm van samenwerking niet afhankelijk is van het aantal jaar werkervaring, want we zien bij de verschillende categorieën ongeveer hetzelfde patroon (figuur 9).

Figuur 8
Figuur 9

Samenwerking tussen ouders en school

Ook hebben we gevraagd welke vormen van samenwerking tussen ouders en school volgens onze deelnemers versterkt zouden mogen worden. We zien hierbij dat in het primair onderwijs 55-57% aangeeft dat ouderparticipatie verbeterd mag worden. Ook geeft 30-34% aan dat het interprofessionele samenwerken verbeterd mag worden (figuur 10). Als deze resultaten vergeleken worden met die van de vorige vraag, is het opvallend dat maar 18-24% aangeeft dat het de samenwerking met betrekking tot thuisonderwijs verbeterd mag worden, aangezien deze vorm van samenwerking het minst aanwezig is. Dit kan erop wijzen dat onze deelnemers deze vorm van samenwerking waarschijnlijk minder belangrijk achten. Wat verder opvalt in is dat de schoolleiders in verhouding tot de andere onderwijsfuncties minder vaak hebben aangegeven dat ouderparticipatie verbeterd mag worden (figuur 11). Zij hebben wel vaker aangegeven dat het interprofessioneel samenwerken versterkt mag worden.

Figuur 10
Figuur 11

‘Volgens CPS is ouderbetrokkenheid een niet-vrijblijvende en gelijkwaardige samenwerking tussen ouders en school waarin ouders en school vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid werken aan de (school)ontwikkeling van het kind … ’ (Van der Heide et al., 2014, p. 15). Een term die bij deze vorm van samenwerking passend is, is educatief partnerschap. Hierbij draait het om de gedachte dat de school en ouders samen verantwoordelijk zijn voor opvoeding en onderwijs. Dit staat tegenover de gedachte dat de school verantwoordelijk is voor onderwijs en de ouders verantwoordelijk voor opvoeding (Broersen & Spreij, 2009; Menheere & Hooge, 2010).

We hebben ook gevraagd hoe onze deelnemers de samenwerking tussen school en ouders ervaren. Het eerste dat hierbij opvalt, is dat de samenwerking vaak gezien wordt als gelijkwaardig of als gelijkwaardig én niet-vrijblijvend. Wat we hiernaast zien, is dat het onderwijspersoneel met een hogere functie in verhouding vaker aangeeft dat de samenwerking gelijkwaardig én niet-vrijblijvend is. Tot slot is het opvallend dat schoolleiders in verhouding vaker aangeven dat de samenwerking niet-gelijkwaardig én niet-vrijblijvend is (figuur 12).  

Figuur 12

Bronnen

Broersen, A., & Spreij, L. (2009). Parameters in de dynamiek van educatief partnerschap. Tijdschrift voor Orthopedagogiek48(11), 483-492. https://www.deonderwijsadviseurs.nl/wp-content/uploads/2012/11/professional-in-de-spiegel.pdf#page=37

De Carlo, A., Girardi, D., Falco, A., Dal Corso, L., & Di Sipio, A. (2019). When does work interfere with teachers’ private life? An application of the job demands-resources model. Frontiers in Psychology, 10, 1121. https://doi.org/10.3389/fpsyg.2019.01121

Menheere, A., & Hooge, E. (2010). Ouderbetrokkenheid in het onderwijs: Een literatuurstudie naar de betekenis van ouderbetrokkenheid voor de schoolse ontwikkeling van kinderen. Kenniscentrumreeks, (5), 1-41. Hogeschool van Amsterdam, Kenniscentrum Onderwijs en Opvoeding. https://research.hva.nl/en/publications/ouderbetrokkenheid-in-het-onderwijs-een-literatuurstudie-naar-de-

Petri, D., Kassenberg, A., & Luinge, M. (2017). Wat zijn de belangrijkste werkzame componenten in de samenwerking tussen ouders, leerkrachten en schoolgaande kinderen?. In Onderwijs Researchdagen 2017: onderwijs, onderzoek met impact. https://research.hanze.nl/ws/files/16334962/Poster_ORD.pdf van der Heide, I., Chevalier, J., & Bos, V. (2014). Ouderbetrokkenheid in leefstijlinterventies in het onderwijs. Inventarisatie van werkzame elementen van ouderbetrokkenheid en ouderbetrokkenheid in het Nederlandse interventie-aanbod. RIVM. http://www.driehoektraining.nl/wp-content/uploads/o20284_Rapport-Ouderbetrokkenheid-in-leefstijlinterventies-in-het-onderwijs.pdf

Tips

Elke dag geven we je een lees-, kijk-, of luistertip. En elk week verzamelen we de tips van de afgelopen week op onze blog! Deze keer: 10 tot en met 16 maart.

Pictio Podcast #25 – Ingrid van Engelshoven kijkt terug op haar minsterschap

‘Hoogbegaafdheid is geschikt als concept, maar niet als label’

Klachten, inzet NPO-gelden en waar wordt er getapped?

Zelfzorg als prioriteit

Lessen voor leerlingen uit de Oekraine

Leestip van Teacher Tapp UK

Herwaardering van het evenwicht tussen theorie en praktijk in de lerarenopleiding

Contact met ouders met een internationale achtergrond

Docent en lokaal politiek actief: een (on)handige combinatie?

Leerdoelen betekenis geven: hoe doe je dat eigenlijk?

  • Bericht gepubliceerd op:17 maart 2022