Ook voor regio Zuid is de zomervakantie begonnen! Wij schrijven volgende week nog een blog, en dan gaat de blog ook even met vakantie. De app niet hoor, je kunt vragen blijven beantwoorden! En, maar liefst 68% van de deelnemers gaf aan dit ook (regelmatig) te blijven doen in de zomer! Fijn!

In deze blog kijken we (opnieuw) naar behoud van leraren, maar ook naar proeflessen (dat is duidelijk iets waar deelnemers het niet over eens zijn!) en schoolreisjes en buitenlessen!

Behoud van leraren (opnieuw!)

Er zijn weinig Teacher Tapp-vragen waarvan het resultaat zo helder is (figuur 1). 99% is het (helemaal) eens met de stelling: behoud van leraren is een belangrijk element in de strijd tegen het lerarentekort.

Figuur 1

We schreven al eerder over het behoud van leraren. “Werkdruk, passend salaris en erkenning van kennis en expertise zouden knoppen om aan te draaien kunnen zijn om het lerarenlek te dichten.” Dat was naar aanleiding van een vraag over wat er voor onze deelnemers nodig was om over 3-5 jaar nog met plezier voor de klas te staan. Deze week gaan we in op redenen die leraren hadden om echt te vertrekken.

We vroegen: Om welke redenen zijn het afgelopen schooljaar mensen die je persoonlijk kent uit het onderwijs vertrokken? In het primair onderwijs geeft 26% van de deelnemers aan geen mensen te kennen die zijn vertrokken, of de reden niet te weten. In de andere sectoren is dat onder de 20% (figuur 2).

De top 3 van redenen in het primair onderwijs: hoeveelheid werk, wijze waarop direct leidinggevende leiding gaf en pensioen. Loopbaanontwikkelingsmogelijkheden vallen net buiten de top 3. In het voortgezet onderwijs staan die juist op een gedeelde eerste plaats samen met wijze waarop direct leidinggevende leiding gaf. Hoeveelheid werk maakt de top 3 in het vo compleet.

Hoeveelheid werk, wijze waarop direct leidinggevende leiding geeft en loopbaanontwikkelingsmogelijkheden zijn mogelijk dus belangrijke (en te beïnvloeden?) factoren in de strijd tegen het lerarentekort en zouden dus manieren om leraren te behouden kunnen zijn.

Figuur 2

De Onderwijsraad richtte zich op hoe in onderwijs te voorzien bij een aanhoudend lerarentekort en geeft mogelijke acties aan voor het omgaan met het aanhoudende lerarentekort, zogenaamde handelingsopties. Ze richten zich hier op twee sporen, beperking van het onderwijsaanbod en het anders organiseren van onderwijs op scholen. Wij vroegen onze deelnemers welke van de genoemde twee sporen de meest positieve impact op het aanhoudende lerarentekort zal hebben. Omdat we de vraag als extra vraag in de app stelden, is de groep respondenten kleiner. In zowel po als vo zegt ongeveer een kwart van deelnemers niet te weten wat men zich moet voorstellen bij (een van) beide sporen (figuur 3). Verder geeft in beide sectoren de grootste groep deelnemers (41% en 50%) aan dat geen van beide sporen positieve impact op het aanhouden lerarentekort zal hebben. Het anders organiseren van onderwijs wordt door iets minder dan een kwart van de deelnemers gezien als spoor voor de meest positieve impact op het aanhoudende lerarentekort. In het po zijn er, ten opzichte van het vo, meer deelnemers die beperking van het onderwijsaanbod als spoor voor meeste impact zien.

Figuur 3

We legden onze deelnemers ook een open vraag voor: Als alles kan en mag, wat vind jij een handelingsoptie die het meeste impact zal hebben op het terugdringen van het lerarentekort? Hierop hebben 734 deelnemers antwoord gegeven. We hebben de antwoorden (nog) niet grondig geanalyseerd, maar er wel een woordwolk van gemaakt (figuur 4).

Figuur 4 created at TagCrowd.com

Dit zijn enkele antwoorden:
“Werkdruk verlagen. Focus op de basis en al het andere (lentekriebels, week van het geld, gezonde voeding etc) weghalen bij het (basis) onderwijs”
“Verlagen werkdruk. Ik zie teveel jonge collega’s afhaken. Daarnaast salaris verhogen. Het staat niet in vergelijking met het bedrijfsleven als je een WO opleiding hebt.”
“Op schoolniveau: ga de competitie aan met andere scholen. Laat goede docenten niet vertrekken vanwege salaris.
Op bestuursniveau: maak meer geld vrij om de docenten die je hebt en die blijven te belonen. Dit kan in attente kadootjes, of dagen uit.
Landelijk: maak het beroep weer aantrekkelijk.”
“Werkdruk verminderen en kleinere klassen. Meer geld écht naar het onderwijs om dat te realiseren! Dan is er minder uitval en uitstroom uit het onderwijs. Salaris omhoog zal zeker ook zorgen voor het aantrekkelijk maken van het vak.”
“Mensen buiten het onderwijs zoveel mogelijk in aanraking laten komen met de docentkant van het onderwijs (in positieve zin, zij het wel realistisch). Mee laten lopen bij wijze van stage/uitwisseling, documentaires vertonen, … Tot die tijd wordt het beeld nl. vooral gekleurd door ieders ervaring als leerling”
“Kleinere klassen en minimaal 50 minuten per les.
Meer externen inschakelen voor surveillance in de pauze en bij toetsen.
Meer conciërges.
Docenten alleen les laten geven en geen taken zoals surveilleren en opruimen en schoonmaken.”
“Een flinke loonsverhoging, hogere eisen om voor de klas te staan (verbod op onbevoegd lesgeven) zodat beroep weer status krijgt, maximale klas van 24 leerlingen. Verbod op leerpleinen.”
“Landelijk: meer waardering voor het vak: het is een ambacht. Dus meer status en meer salaris. Daarnaast adequate begeleiding van starters en zittende leraren”
“Stoppen met zeuren binnen dit mooie beroep!”

Er zijn ook enkele opmerkingen die verband houden met de opties van de Onderwijsraad:
“Minder onderwijstijd icm meer richten op de basiskennis van kinderen.”
“Terugdringen wettelijke onderwijstijd, vierdaagse schoolweek, inzetten andere beroepsgroepen om leerlingen wat bij te brengen (een kok, schilder, topsporter etc.)”
“Onderwijs anders organiseren, door de grenzen van onderwijstijd en tussen school en ‘buiten school’ te helpen vervagen.”

Proeflessen

De vraag waar we deze blog mee begonnen had een duidelijk antwoord. Dat is anders met de vraag die we stelden over het geven van een proefles als een standaardonderdeel van een sollicitatieprocedure voor een positie als leraar. Er is een groep (ruim 30% over het algemeen, uitzondering in het so) die vindt dat het geven van een proefles voor geen enkele leraar een standaardonderdeel van een sollicitatieprocedure zou moeten zijn (figuur 5). Een vergelijkbaar deel (met uitzondering van het ho) vindt juist dat het voor alle leraren een standaardonderdeel van een sollicitatieprocedure zou moeten zijn. En rond de 10 % vindt dat het niet voor alle leraren een standaardonderdeel zou moeten zijn. Als we de vraag splitsen op rol, ervaring of leeftijd zien we dezelfde verdeling. Dat wil zeggen dat leraren met meer ervaring dus net zo verdeeld zijn over deze vraag als leraren met minder ervaring, en dat het ook niet zo is dat bijvoorbeeld leidinggevenden over het algemeen vinden dat alle leraren een proefles zouden moeten geven. Of je dit wel of niet als standaardonderdeel ziet, hangt dus niet af van sector, leeftijd, ervaring of rol. We vroegen daarom maar eens verder!

Figuur 5

Kun je ons vertellen waarom je vindt dat het geven van een proefles (voor een deel van de leraren) een standaardonderdeel zou moeten zijn van een sollicitatieprocedure voor een positie als leraar? vroegen we aan deelnemers die dit hadden aangeven. De antwoorden kwamen over het algemeen hier op neer: Omdat je dan meteen ziet wat de lesgevende kwaliteiten zijn van de kandidaat, het maakt duidelijk aan de kandidaat dat je het lesgeven serieus neemt, het geeft inzicht in didactische en inhoudelijke kwaliteiten.
Enkele opvallende reacties:
“Je voegt een wielrenner toch ook niet toe aan je team zonder dat je hem hebt zien fietsen?”
“Omdat je pas dan echt kunt zien wat iemand in de praktijk in huis heeft. Ik vind overigens wel dat dit ook op de vorige school kan zijn, dus in een vertrouwde context.”
“Om te ontdekken hoe iemand als pedagoog reageert en belangrijk vindt in lessen en omgang. Ik heb weleens meegemaakt dat iemand zonder proefles de school in kwam en dat we al snel doorhadden dat hij er niets van bakte en pedagogisch ernstig tekort schoot. Het was een leraar met ervaring.”
“Een proefles laat zien of de docent alles wat in het gesprek verteld wordt ook kan omzetten in daden. Heeft de docent daadwerkelijk de genoemde vaardigheden? Onderzoek heeft ook uitgewezen dat sollicitaties met assessment een betrouwbaarder uitkomst geven.”

Ook lazen we dit “Ik heb er nog eens over nagedacht en ik ben bij nader inzien van mening dat het geven van een proefles niet zinvol is. De situatie is verre van normaal, het is een momentopname die niet veel zegt over de bekwaamheid van een docent.” Dat zijn precies OOK de argumenten die deelnemers aanvoeren die vonden dat het geven van een proefles geen standaardonderdeel zou moeten zijn, toen we hen een vergelijkbare vervolgvraag voorlegden.

“Omdat het een oneerlijke kans is. Het duurt vaak even voordat de klas jou kent en jij de klas. Die band heeft tijd nodig, pas dan kun je echt laten zien wat je kan. Anders heb je ook te maken met leerlingen die gewoon je uit gaan dagen om je uit te dagen”
“Een les voor een klas onbekenden waar ook nog pottenkijkers bijzitten voegt niet veel toe. In een gesprek kun je in rap tempo allerlei situaties voorleggen.”
“Een proefles is totaal niet representatief. Door grote voorbereidingstijd of complete zenuwinzinkingen kan een proefles geen beeld geven van hoe een docent is. Daarnaast is een proefles het inbouwen van schijnveiligheid voor de sollicitatiecommissie. Neem de gok en bekijk het een jaar.”
“Je diploma en je CV zijn voldoende. Een leidinggevende moet dan kundig genoeg zijn door tijdens een gesprek te weten met wat voor leraar hij te maken heeft (met referenties van vorig werk bijvoorbeeld). Vervolgens krijg je een lesbezoek. Vertrouwen staat centraal.”
“Het zegt weinig. Je kent de klas niet, klimaat niet en lesgeven is zoveel meer dan alleen dat.”

De paden op, de lanen in…

Figuur 6

In schooljaar 2022-2023 is een meerderheid van onze deelnemers uit het primair onderwijs met de klas naar pretpark of speeltuin of iets dergelijks geweest (figuur 6). De andere opties krijgen geen meerderheid. Bijna de helft van de deelnemers uit het po ging naar een museum/tentoonstelling/galerie. In het vo zien we ook geen meerderheid, maar wel flink wat deelnemers die naar een museum/tentoonstelling/galerie zijn geweest, een sportieve activiteit deden of een overnachting hadden met de klas(sen).

Figuur 7

In het primair onderwijs gaat een meerderheid van de deelnemers ook weleens naar buiten met de klas om les te geven, net als in het speciaal onderwijs (figuur 7). In de andere sectoren komt dit minder voor. Ongeveer een kwart (en in het mbo zelfs 51%!) van de deelnemers geeft aan niet naar buiten te gaan, maar dit wel eens te willen doen.

Tips

Elke dag geven we je een lees-, kijk-, of luistertip. En elke week verzamelen we de tips van de afgelopen week op onze blog! Dit zijn de tips van 7 tot en met 13 juli.

Blog Teacher Tapp NL
16 complimentenkaartjes van Teacher Tapp NL
Podcast René Peters met Jan van de Ven
Five Ways of Giving Effective Feedback as Actions
Binnenklasdifferentiatie: een data-geïnformeerd proces?
6 Ways to Use ChatGPT to Save Time
Lerend onderweg
Podcast René Peters met Gerard Baars
Hapklaar onderzoek: een digitaal zesgangenmenu (Deel 1: amuse, voorgerecht en soep)

  • Bericht gepubliceerd op:14 juli 2023