Het denken over de leraar als uitvoerder van door anderen genomen beslissingen verschuift naar de leraar als professional die bewuste keuzes maakt in het beroepsmatig handelen en daar verantwoording over aflegt. Als gevolg hiervan heeft de leraar meerdere taken en bijbehorende rollen te vervullen en wordt de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijs steeds meer bij het team als collectief neergelegd. Het dagelijks handelen van leraren (individuele professionaliteit) dient zich steeds meer te verhouden tot het handelen van hun collega’s in het team (teamprofessionaliteit). Samenwerken vraagt er ook om dat je weet wat je collega’s verstaan onder het docentberoep: weten welke beelden er leven van wat het primaire proces inhoudt en wat de professionaliteit van de leraar ‘behelst’. Dit vraagt onder andere om overeenstemming over de waarden en visie hoe het onderwijs wordt vormgeven en uitgevoerd.
In deze blog schetsen we hoe leraren omgaan met het wel of niet hebben van een gedeelde visie. In januari 2021 hebben de gebruikers een serie vragen ontvangen betreft de visie van de school waar ze werkzaam zijn, hoeverre dit overeenkomt met hun eigen normen en waarden en de ervaring in hoeverre hun eigen handelen en dat van hun collega’s in lijn is met deze visie.
Overeenstemming waarden en visie school en de individuele leraar
Gemiddeld is twee derde van de gebruikers het (helemaal) eens met de stelling dat de waarden en visie van de school nauw aansluiten bij de eigen waarden en visie (figuur 1). Onder leraren werkzaam in de bovenbouw havo/vwo komt het vaker voor dat waarden en visie niet aansluiten. In het po ziet ruim driekwart van leraren dat de visie van de school (altijd of regelmatig) is terug te zien in het handelen van de leraren in de klas (figuur 2). Betreft het vo en mbo geeft ongeveer de helft van de gebruikers dit aan, de andere helft geeft aan dit soms of zelden te zien. Ook hier geven leraren werkzaam in de bovenbouw havo/vwo aan dit vaker soms of zelden ervaren.


Bevorderende en belemmerende factoren voor het afstemmen van waarden en visie
Voor het verkrijgen van een overeenkomst in visie en waarden is het van belang om op de hoogte te zijn wat er in het visiedocument staat. Twee derde van de gebruikers geeft aan een goed beeld te hebben van wat er in het visiedocument van de school staat, een vijfde is hier vaag mee bekend, het resterende deel heeft hier geen zicht op (figuur 3). Leraren werkzaam in het mbo hebben het beste zicht op wat er in het visiedocument staat, leraren werkzaam in het vo lijken hier minder goed van op de hoogte te zijn. Duidelijk is dat er een positieve relatie is tussen het aansluiten van waarden en visie en het op de hoogte zijn van de inhoud van het visiedocument (figuur 4).


Het hebben van een gezamenlijk beroepsbeeld kan bijdragen aan het hebben van gedeelde waarden en visie. Driekwart van de leraren is het (helemaal) eens met de stelling ‘mijn beroepsbeeld van de leraar, komt grotendeels overeen met dat van mijn directe collega’s’ (figuur 5). We zien leraren die aangeven dat hun waarden en visie niet aansluiten bij die van de school ook ervaren dat hun beroepsbeeld minder goed overeenkomt met die van collega’s (figuur 6). Hetzelfde geldt voor het hanteren van gezamenlijke afspraken en standaarden over processen; leraren die aangeven dat waarden en visies aansluiten geven vaker aan dat de school gezamenlijke standaarden en afspraken hanteert. (figuur 7). En, degene die die aansluiting van waarden en visie niet ervaart, is ook vaker van mening dat leraren op zijn/haar school hun onderwijs te veel vanuit hun eigen perspectief inricht (figuur 8).




Hoe reageren leraren op het moment dat eigen waarden en visie niet overeenkomen met die van de school?
Meer dan de helft van de leraren geeft aan dat wanneer ze merken dat er een verschil is tussen hun eigen visie op hoe het onderwijs in de klas moeten worden vormgeven en die van de schoolleiding ze in gesprek gaan met hun leidinggevende (figuur 9). Leraren werkzaam in het po en vo bespreken dit vaker met enkele collega’s onderling dan leraren werkzaam in het mbo doen, terwijl in het mbo dit vaker met het team wordt besproken. Een derde van de gebruikers werkzaam in het po geeft aan in zo’n geval te heroverwegen van school te wisselen.
Om waarden en visie tussen leraar en school overeen te laten komen helpt het wanneer leraren verschillen in waarden en visie bespreken met hun leidinggevende (figuur 10). Leraren die ervaren dat hun waarden en visies niet aansluiten hebben meer de neiging hun eigen gang te gaan in de school. Een deel van deze groep ervaart dit wel als storend. Op het moment dat leraren meer hun eigen gang gaan in plaats van hun handelen afstemmen op de visie van de school of afspraken die zijn gemaakt met het team dan kan gedeeld handelen in het geding komen waardoor er frictie kan ontstaan tussen de individuele – en teamprofessionaliteit.

